Zoeken in deze blog

14-12-2015, maandag - vertrek


Erg prettig dat we ons de luxe van een directe vlucht naar Bangkok gunden, met China Airlines. Plezierige vertrek- en aankomsttijden. Met KLM had ook gekund, maar was 100 euro duurder. Prettig ook dat bagage doorgeboekt kan worden naar eindbestemming Krabi Airport.

15-12-2015, dinsdag - aankomst, Krabi Town

Aankomst op Suvarnabhumi Airport in Bangkok, een uur eerder dan verwacht. Suvarnabhumi Airport is druk, maar ordelijk en schoon. Voldoende info in leesbare taal (Engels). Thai lezen een stapje te ver - al heb ik me verdiept in de spelling.

De verdieping komt voorlopig uit Wat en hoe in het Thai. De spelling blijkt behoorlijk lastig: 44 lettertekens en nog wat gekriebel om de juiste klank of toon aan te duiden. Die toon doet er wel toe: ik lees over de vijf betekenissen van het woord mai, met vijf verschillende tonen. Ik vind de lettertekens ook verwarrend veel op elkaar lijken. Maar ja, dat zal een Thaise leerling die met Engels worstelt vast ook vinden van onze o, c en e, of de p en de g, de n en m en de v en w.

Het is een half uur lopen naar de vertrekhal voor de binnenlandse vlucht naar Krabi. Omboeken naar een vroegere vlucht naar Krabi helaas niet mogelijk. Dus in onthaast tempo




naar de volgende vlucht, met Bangkok Air, die op tijd vertrekt en aankomt. De vlucht duurt amper een uur.

Op Krabi Airport zien we onze bagage terug. Er blijkt een shuttle bus naar Krabi Town te gaan. Lekker warm en zweterig. De bus zet ons af bij een halte en daar worden we door de halfdronken lady die naast me in de bus zat in een sohngthaew ofwel taxibakkie geloodst, zo'n pickup met in de bak twee banken en een afdakje. Bleek niet nodig, we hadden die 500 meter ook kunnen lopen.
Voor Krabi Town hadden we een kamer gereserveerd bij GoodDream Guesthouse 2, aan de Uttarakit Rd, Muang, Krabi. Kamer met balkon, zicht op straat, 400 Baht (10 euro).






Badkamer aan het eind van de gang. Schoon genoeg. Twee ventilatoren, blijken niet overbodig. Toegang tot het balkon door het raam!
(Waarom Good Dream? Ach, dook op bovenaan zoekresultaten op internet, en het leukere hotelletje zat vol. Toch maar voor één nacht.)

Na douche door Krabi Town gewandeld. Gemoedelijk provinciestadje met leuke promenade langs rivier. We zien onze eerste common minahs (Acridotheres tristis), vogels die hier zo algemeen zijn als merels en koolmezen bij ons. Echte cultuurvolgers. Ze fluiten prachtig.



Aan de pier allerlei toerboten. En overal de langstaartboten (long tail boats). Snap meteen waarom ze zo heten. Ze worden voortgedreven door een blote automotor (veel Isuzu) met een lange drijfstang met een propeller die in het water steekt. Het benzinevat zit onder een brede plank onder de achtersteven. Ze maken veel lawaai. Voor een lange tocht met zo'n boot lijken me oordoppen geen overbodige luxe.













Eerste lekkere thai-maaltijd bij Baytoey Seafood Restaurant, zicht op de rivier.




Concluderen dat we een volgende keer beter dat hotelletje met balkons met zicht op de rivier kunnen nemen. Duurder, (1000 B) maar leuker.
Bij een reisbureautje kopen we vervoer naar Koh Yao Noi. (1600 B voor taxi en speedboot, samen voor z'n tweeën.)

Ik klauter door het raam voor een sigaar met straatzicht. Ja, daar zijn ze weer, de slierten stroomdraad. Er komt van alles voorbij, waaronder een witte oude man met een duidelijk jonger Thais meisje. (Dat zullen we vaker zien.) Te donker om foto's te nemen.

16-12-2015, woensdag - naar Koh Yao Noi

's Morgens vergeefse speurtocht naar winkeltje voor goedkope sim-kaart. Leuke marktjes en winkeltjes.

Vervoer gaat probleemloos. De speedboot is half open, dus met frisse
Iucht, en ook het indrukwekkende gebrul van de vier Honda-buitenboordmotoren. Even reclame maken, tenslotte rijd ik momenteel Honda:


Op Koh Yao Noi brengt net zo'n taxibakkie ons naar Pasai Beach, waar we via Booking.com een bungalow bij Pasai Beach Lodge hebben gereserveerd.

Blijkt goede greep. Mooi, van bamboe en hout gemaakt huisje op poten, met erachter een badkamer, d.w.z. een overdekte, ommuurde en betegelde ruimte met een wastafel, een wc met handdouche en een douche.  In het huisje een bed met klamboe, een alkoof om spullen in te zetten, een tv (!) en een koelkast. Van die koelkast hebben we dankbaar gebruik genaakt, de tv bleef uit. De wifi deed het drie van de vijf dagen, de laatste twee was er een storing en gingen we naar de entree voor onze digitale communicatie.
De bungalow is er een van tien, in twee rijen langs een pad met veel struiken en bomen en voldoende afstand van elkaar. In de bomen onze eerste honingzuigers (sunbirds), en veel prachtige grote vlinders.
Bij de entree staat permanent een ketel heet water en een voorraad nescafe en thee.





Hup, straat over en de zee in. Daarna laten we ons verleiden tot een massage.
En op pad, te voet ons straatje verkennen. Verrassing in een boom: twee neushoornvogels (great hornbill). 


Verder: een eastern marsh harrier (circus spilonotus), huismussen die ringmussen blijken te zijn (!), common minah, maar die is inderdaad zo gewoon dat ik hem verder niet meer vermeld.
Einde middag een plensbui. Daarna trekt de lucht weer open.

's Avonds sjiek gegeten bij Rice Paddy, met goede wijn (voor een Europese prijs). Voor het eerst en waarschijnlijk het laatst: krokodil op het menu, op zijn Thais bereid.

Hieronder een kaartje van het eiland. Pasai Beach Lodge zit ongeveer onder de dd van Rice Paddy, zuidoost (ofwel: rechtsonder).


17-12-2015, donderdag

Dit is mooi opstaan. Een tuin vol boompjes, bloemen, vlinders en vogels. Een van de soorten honingzuigers gedetermineerd (met Birds of Thailand van Craig Robson) als roodrughoningvogel (vrouw, scarlet backed flowerpecker, dicaeum cruentatum), maar de meeste zijn groenrughoningvogel (olive backed flowerpecker, prionochilus olivaceus, volgens Wikipedia endemisch in de Philippijnen, maar onze Birds of Thailand vermeldt hem toch ook). 
Achter onze tuin wat huizen, water, bos, koereigers, tortelduiven, o.a. parelhalstortel (spotted turtle dove, pilopelia chinensis) en veel niet thuis te brengen gezang, de grote koekal (centropus sinensis) met zijn koe koe koe koe koe koe koe, en ook weer dat regelmatige pu pu pu pu dat we niet hebben weten te determineren.

Ons straatje.



We huren meteen een motobike, zeg een scooter, een oude Honda. Prima ding, maar (blijkt later) wel zo zuinig  afgesteld dat hij nauwelijks stationair kan draaien. Na wat onderhandelen: 500 B voor drie dagen. (Uiteindelijk werd dat 1000 B voor vijf dagen. Zo'n scooter is eigenlijk onmisbaar.)



Ons huisje...
De tuin

... en de bloemen:











Op naar het dorp. Wat inkopen en koopjes (kleding). Bij de 7-11 koopt Hettie een thai-simkaart. De 7-11 is een grote supermarktketen in Thailand (met overal hetzelfde deurbelletje). Een begrip, ook voor toeristen. De naam slaat op de openingstijden. Op Koh Yao Noi staat voor de 7-11 de enige pinautomaat die buitenlandse kaarten accepteert. Helaas verkoopt deze 7-11 geen bier en whisky. (Die in Krabi-stad wel, ben ik nu blij mee.) Een Chinese kledingwinkelier heeft wel bier in de verkoop. Op de achtergrond in zijn winkel Chinese muziek.

De zee. Lunch bij de buren, het restaurantje van Pasai Cottage. (Hun hutjes zien er ook niet verkeerd uit, maar de onze zijn mooier.)


Einde middag opnieuw een plensbui.

's Avonds gegeten bij de vrouwen van Kaia. Heerlijk, alleen jammer dat ze geen alcohol serveren.
Hé, een vrucht die niet kennen... (geow mangon, 'dragon fruit'). (Zie Fruit van Thailand.)



Daarna veranda. We determineren een zwartkeelhoningzuiger ofwel black throated sunbird, aethopyga saturata, ontdekken het geluid van de gecko (die zijn eigen naam roept, een onomatopee) e.d.


18-12-2015, vrijdag - massage door Arat

Opmerking over religie. De bevolking van Yao Noi is volgens onze reisgidsen islamitisch en inderdaad weerklinkt op gezette tijden de oproep van de moskee, net als later op Lanta. 
Niemand lijkt zich hier iets van aan te trekken. Wel hebben veel vrouwen een vaak vrolijk gekleurd sjaaltje om hun hoofd en verkoopt de 7-11 zoals gemeld geen bier en whisky. Boeddha is zo goed als afwezig. Juist de jonge moslima's vallen ons op door zelfbewust en charmant gedrag.


Vandaag onze eerste massagebeurt bij Arat en haar echtgenoot. De route naar Arat is nog even zoeken. Er hangt bij de gesloten (enige) ijssalon in het dorp een spandoek met uitleg. 



Als je het eenmaal weet is het een makkie. We zijn snel bij haar huis...



Ze is ons aangeraden door vrienden. Helaas hebben we geen foto van hen, dus Arat komt bij het noemen van hun namen niet verder dan vriendelijk knikken.
Net iets anders dan het buigen, strekken en knakken van de dames bij Pasai. Arat bemoeit zich met Hettie, meneer Arat met mij. Ontdekt pijnlijke plek rechterdij, precies waar ik die een maand geleden forceerde. Au.
Achteraf even bespreking.




Daarna verder naar het zuidoosten...










... langs Holy Spring Water, 






en die heilige bron ligt langs de weg langs de westkust. Het heilige water stroomt gewoon uit een blauwe slang, De bouwsels eromheen zijn vervallen.

De weg loopt ongeveer dood bij een café'tje met blauwe hangmatten tussen de bomen aan het strand. Het blijkt gedreven te worden door een Italiaan. Hij heeft wijn, maar dat is voor ons te vroeg. Kokosnotensap is wel zo lekker. 















Einde middag weer een plensbui. 
We zitten dan net bij de Parabar achter een thai-soep. De Parabar heeft wijn, de goedkoopste witte, uit Zuid-Afrika, is niet slecht.
Wijn blijkt bijzonder in Thailand, althans hier. Bier is de drank, Chang (Olifant), Singha of Leo. Met Chang valt goed te leven. De thai-wiskey die ik in Krabi Town kocht, Thong Hong, lijkt het meest op een brandewijn als Vieux. Ook daarmee valt te leven. Maar om dat nou whisky te noemen...